Voeding

Voeding ligt aan de basis van onze gezondheid. De huidige geïndustrialiseerde maatschappij heeft er helaas voor gezorgd dat we inmiddels niet meer zo goed weten wat we eten en we steeds minder goed voelen wat goed voor ons is en wat niet. Voedingsmiddelen worden voor een groot deel gefabriceerd. We eten uit pakjes, waar allerlei stoffen aan zijn toegevoegd om er voor te zorgen dat het bijvoorbeeld lang houdbaar is en niet verkleurd. We kunnen het hele jaar door aardbeien eten, die van over de hele wereld worden aangevoerd.

In de Chinese geneeskunde wordt gesteld dat wat we eten moet passen bij wie we zijn, welk seizoen het is en hoe het bereid is. Bijvoorbeeld: als iemand het vaak koud heeft, zou hij geen koud voedsel of koude drankjes moeten drinken. In de winter kan je beter verwarmend voedsel eten. Rauwkost heeft een koelend effect op het lichaam en geroosterd voedsel een verwarmend effect.

Verder heeft voedsel een energetische smaak en temperatuur. Dit betekent dat een smaak een bepaald effect heeft op het lichaam:
Zuur werkt bijvoorbeeld adstringerend/samentrekkend en bitter purgerend/afdrijvend (denk aan de stoelgang die op gang komt na een kop sterke koffie). De energetische temperatuur kan het lichaam verkoelen of verwarmen. Thee wordt meestal warm gedronken, maar heeft in het lichaam meestal een verkoelend effect.

Afhankelijk van de klachten kan het belangrijk zijn om te kijken naar het voedingspatroon. Door het (tijdelijk of voorgoed) weglaten of toevoegen van bepaalde voedingsmiddelen kan de gezondheid worden verbeterd.